vervangen werkw. Uitspraak: [ vər'vɑŋə(n) ] Afbreekpatroon: ver·van·gen Vervoegingen: verving (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft ~ (volt.deelw.) 1) in de plaats komen van (iets of iemand) Voorbeelden: 'De tunnel vervangt de oude brug.' , 'Zij zal hem tijdelijk vervangen.' 2) verwijderen en iets of iemand ander... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/vervangen
1) Aflossen 2) De plaats innemen van 3) De waarnemen 4) Een bepaalde betrekking waarnemen 5) In de plaats komen 6) In de plaats komen van 7) In de plaats stellen 8) Inspringen 9) Invallen 10) Ombuiten 11) Remplaceren 12) Representeren 13) Substitueren 14) Supplanteren 15) Suppleren 16) Tijdelijk bekleden Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Vervangen/1