vooruitzien werkw. Uitspraak: [ vor'œytsin ] Afbreekpatroon: voor·uit·zien Vervoegingen: zag vooruit (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft vooruitgezien (volt.deelw.) nadenken over iets dat nog moet komen Voorbeeld: 'vooruitzien op hoe je leven binnen dertig jaar zal zijn' Antoniem: terugkijken Synoniem: vooruitblikken Synoniemen: tege... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/vooruitzien