vrezen werkw. Uitspraak: [ 'vrezə(n) ] Afbreekpatroon: vre·zen Vervoegingen: vreesde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gevreesd (volt.deelw.) bang zijn (voor) Voorbeelden: 'Ik vrees dat het niet goed zal aflopen.' , 'Je hebt niets te vrezen.' , 'Ik vrees van wel.' Synoniem: duchten Synoniemen: duchten opzien schromen versagen Spreek... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/vrezen
1) Angst voelen 2) Angstgevoelen 3) Bang zijn 4) Bang zijn voor 5) Beducht zijn 6) Bekommerd zijn 7) Duchten 8) Huiveren 9) In angst verkeren 10) Ontzag hebben voor 11) Ontzien 12) Opzien 13) Redouteren 14) Schouwen 15) Schromen 16) Schuwen 17) Versagen 18) Vrees gevoelen 19) Zich hoeden voor 20) Zich in acht nemen Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Vrezen/1
er angst voor voelen vb: ik vrees de dood hij heeft niets te vrezen [hoeft nergens bang voor te zijn] we vrezen het ergste [zijn bang dat er iets heel ergs zal gebeuren] er wordt voor zijn leven gevreesd [ze zijn bang dat hij doodgaat] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=vrezen