de waarschuwing zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ 'warsxywɪŋ ] Afbreekpatroon: waar·schu·wing Verbuigingen: waarschuwingen (meerv.) keer dat je gewaarschuwd (1) wordt Voorbeelden: 'Zonder waarschuwing werd ik de klas uitgestuurd.' , 'Je bent dom als je die waarschuwing niet serieus neemt.' Synoniemen: aanmaning aansporing alarm sein verm...
1) Hint 2) Seintje 3) Sein 4) Monitie 5) Vermaan 6) Vermaning 7) Wenk 8) Verwittiging 9) Monitum 10) Rappel 11) Alarmkreet 12) Alarm 13) Berisping 14) Bevel vooraf 15) Aansporing 16) Aanmaning 17) Naricht 18) Gedagis 19) Voorgevoel 20) Les 21) Comminatoir 
woord dat aan inflatie onderhevig is. Vroeger gold ‘Pas op, ik bombardeer je!’ als waarschuwing. Vandaag de dag kan het bombarderen zelf een waarschuwing zijn. Vreemd.
Vermaning bij ongewenst gedrag door een leidinggevende of een vertegenwoordiger van het bevoegd gezag.
wat je zegt om iemand te wijzen op gevaar of schade vb: ze luisterden niet naar mijn waarschuwing dat het glad was
Een 'waarschuwing' is een conditionele voorspelling, meestal bedoeld om de ontvanger ervan te wijzen op een gevaar.
•mededeling dat er onaangename gevolgen op til zijn.
vermaning, aanmaning