wassen werkw. Uitspraak: [ 'wɑsə(n) ] Afbreekpatroon: was·sen Vervoegingen: waste (verl.tijd ) 1) (kleren, iemand, een auto enz. ) schoonmaken met water Voorbeelden: 'Heb je je handen gewassen?' , 'Ik heb me al twee dagen niet gewassen.' 2) groter of meer worden Synoniem: groeien wassend water (water waarvan het p... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/wassen
met water (en zeep) schoonmaken vb: de moeder wast het kind het witwassen van geld [een methode toepassen om zwart geld toch officieel in de boeken te krijgen] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=wassen
• [ov] iets met water of een andere vloeistof zuiveren. • [refl] "zich ~"; zichzelf met water schoonmaken. • [erga] (aangroeien Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/wassen
Een dunne laag doorzichtige kleur of inkt aanbrengen bij waterverfschilderijen en penseeltekeningen en soms ook wel bij olieverfschilderijen. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10443