tieren werkw. Uitspraak: [ ˈtirə(n) ] Afbreekpatroon: tie·ren Vervoegingen: tierde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft getierd (volt.deelw.) 1) heftig schreeuwen omdat je boos bent Voorbeeld: 'als een gek staan te vloeken en te tieren' Synoniemen: : razen, tekeergaan 2) welig tieren (voorspoedig in overvloed... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/tieren
zich goed ontwikkelen, goed groeien vb: het meisje kon in dat gezien niet tieren welig tieren [in overvloed groeien] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=tieren