de weelde zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ 'weldə ] Afbreekpatroon: weel·de toestand waarin je (veel) meer hebt dan je nodig hebt Voorbeelden: 'in weelde leven' , 'weelderig' Synoniemen: : luxe, rijkdom in weelde baden (zeer rijk zijn en dat ook laten zien) 'Het hof baadt in weelde, terwijl het volk honger lijdt.' Synoniemen: comfort luxe ...
1) Comfort 2) Fortuin 3) Fysiek vermogen 4) Genieting die de zinnen streelt 5) Glans 6) Grote overvloed 7) Luister 8) Luxe 9) Opschik 10) Overdaad 11) Overmaat 12) Overvloed 13) Plaats in Antwerpen 14) plaats in belgië 15) Plaats in de Benelux 16) Plaats in vlaanderen 17) Praal 18) Pracht 19) Rijkdom 1) Dartelheid 2) Luister 3) Luxe 4) Opschik 5) Overdaad 6) Overmaat 7) Overvloed 8) Praal 9) Pracht 10) Rijkdom 11) Rijkheid 12) Schittering 13) Tooi 14) Weelderigheid 15) Wellust 
overdaad (toon de herkomst via de etymologiebank)
overvloed van mooie of prettige dingen vb: wat een weelde in dat huis van Evert! Synoniem: luxe
•omstandigheden van overvloed waar men in leeft. •tweede betekenisomschrijving. •enz.
overdaad