weggaan, weglopen - Voorbeeld: ‘De manskerels ook hielden het niet langer uit, ze lieten alles vallen, zeeráden van de vlaschaard weg en kwamen aan de rand van het bos onder 't gebladert’ Gevonden op https://dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0025.php