de winkeldief zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'wɪŋkəldif ] Afbreekpatroon: win·kel·dief Verbuigingen: winkeldieven (meerv.) de winkel - dievegge zelfst.naamw. Uitspraak: [ 'wɪŋkəl - divɛxə ] Afbreekpatroon: win·kel·dief Verbuigingen: winkeldieveggen, winkeldievegges (meerv.) iemand die één of meer dingen steelt uit een winkel tijd... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/winkeldief