(coll.) de wortels van een plant, boom, enz. - Voorbeeld: ‘Hun rechterhand greep de tresse vlas al onder tegen de voet en met een korte snok ripte de worteling uit de bodem die hard en droog was als een dorsdem’ Gevonden op https://dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0025.php