de zakenvrouw zelfst.naamw. (v.) Afbreekpatroon: za·ken·vrouw Verbuigingen: zakenvrouwen (meerv.) Verbuigingen: zakenvrouwtje (verkleinwoord) een vrouwspersoon die zich richt op commerciële activiteiten Voorbeeld: 'De gewiekste zakenvrouw, van het jaar 2000, die de internetaanbieder naar de beurs bracht, moest opstappen omdat de beursgan...
1) Koopvrouw 
vrouw die in zaken zit; vrouw die geschikt is zaken te doen; vrouwelijke ondernemer