de zeeman zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'zemɑn ] Afbreekpatroon: zee·man Verbuigingen: zeelieden, zeelui (meerv.) man die als beroep op zeeschepen werkt Voorbeeld: 'opleiding tot zeeman aan de zeevaartschool' Synoniemen: matroos Spreekwoorden en zegswijzen • zeeman geen man (=zeemannen zijn heel vaak van hu... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/zeeman