alarmeren werkw. Uitspraak: [ alɑr'merə(n) ] Afbreekpatroon: alar·me·ren Vervoegingen: alarmeerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gealarmeerd (volt.deelw.) 1) oproepen bij gevaar Voorbeeld: 'een arts alarmeren bij een verkeersongeluk' 2) onrust wekken bij (iemand) Voorbeeld: 'Terreurdaden alarmeren de bev... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/alarmeren
waarschuwen dat er gevaar dreigt of dat er hulp moet komen vb: hij alarmeerde de politie via 112 alarmerend nieuws [verontrustend nieuws] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=alarmeren
Def.: het geven van een alarm dat, al dan niet via hetzelfde medium, dient te worden gevolgd door een oproep (eenheden-diensten) of een waarschuwing (o.a. het publiek
Gevonden op https://www.aquo.nl/index.php/Categorie:Geldige_begrippen