[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] klok, die des avonds geluid werd, ten teken, dat de herbergen moesten sluiten, en niemand meer zonder licht op straat mocht komen; ook
diefklok. In Utrecht boefklok, op wier luiden de Joden de stad moesten verlaten. Vandaar dat de Jodengemeente te Maarsen lang zeer aanzienlijk w...
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0006.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.