
de buitenburger zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: bui·ten·bur·ger Verbuigingen: buitenburgers (meerv.) Verbuigingen: buitenburgertje (verkleinwoord)
iemand die buiten de poorten van de stad woonde maar er wel een burger van was Voorbeeld: 'Ook de buitenburgers vluchtten de stad in bij het naderen van de vijand.' . ...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/buitenburger
Geen exacte overeenkomst gevonden.