diffuus bijv.naamw. Uitspraak: [ dɪ'fys ] Afbreekpatroon: dif·fuus 1) zonder duidelijke grenzen Voorbeeld: 'De zwelling van de klier kan diffuus of gelokaliseerd zijn.' Antoniem: gelokaliseerd Synoniem: verspreid diffuus licht (verspreid licht zonder scherpe schaduwen) diffuus glas (glas dat het licht verstrooit) 2) on...
1) Breedsprakig 2) Duister 3) Onscherp 4) Verspreid 5) Verstrooid 6) Wijdlopig 1) Duister 2) Onregelmatig 3) Onscherp 4) Schimmig 5) Verspreid 6) Verstrooid 7) Zonder bepaalde grens 8) Zonder scherpe begrenzing 
Naar alle richtingen verstrooid; bij lucht of warmtestraling.
verspreid zonder bepaalde grens, niet goed afgelijnd
verspreid, vaag, onscherp (toon de herkomst via de etymologiebank)
niet goed zichtbaar of herkenbaar vb: zijn beeld op de foto was enigszins diffuus Synoniemen: vaag onbestemd
• [medisch] zonder scherpe begrenzing. • [natuurkunde] . In willekeurige richtingen verstrooid.
verspreid
Een breedvoerige, omslachtige stijl
Verspreid, zonder bepaalde grenzen.
Uitgebreid, zonder duidelijke afbakening
Verstrooid (tegengestelde van geconvergeerd). Diffuse straling kan niet worden geconvergeerd.
Engels:Diffuse zonder scherpe begrenzing
zonder scherpe begrenzing
Uitgebreid, gelijkmatig verspreid over een groot gebied..
Naar alle richtingen verstrooid; bij lucht of warmtestraling.