
I doorleven werkw. Uitspraak: [ 'dorlevə(n) ] Afbreekpatroon: door·le·ven Vervoegingen: leefde door (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft doorgeleefd (volt.deelw.)
blijven leven Voorbeeld: 'na een ernstige ziekte nog jaren doorleven' II doorleven werkw. Uitspraak: [ dorˈlevə(n) ] Afbreekpatroon: door·le·ven Vervoegingen: doorleefd...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/doorleven

1) Meeleven 2) Blijven leven 3) Meemaken 4) Verdragen 5) Verduren 6) Doorstaan 7) Verteren 8) Ondervinden
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Doorleven/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.