de douairière zelfst.naamw. (v.) Verbuigingen: douairières 1) weduwe van een edelman 2) '(aangevuld met de titel van de overleden echtgenoot)' aanduiding voor de weduwe van een edelman 
1) Adellijke weduwe 1) Weduwe van adellijken huize 2) Adellijke titulatuur 3) Weduwe van adellijk persoon 4) Edelvrouw 5) Weduwe 
'Douairière' is een aanduiding voor een weduwe van een adellijk heer. Tegenwoordig worden ook de regels gebruikt zoals die voor gehuwde vrouwen gelden.
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Frans), Adellijke weduwe, die van familie-goederen het vruchtgebruik heeft. Eertijds duwayiere (ao. 1568), douagire (ao. 1611), doagire (ao. 1693), ook wel douaire, douwarier, geschreven. Uit douaire (weduwgift, lijftocht). De onadellijken konde...
adellijke weduwe
adellijke weduwe.