I de dwaas zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ dwas ] Verbuigingen: dwazen (meerv.) raar of grappig mens Synoniemen: : gek, zot, idioot, II dwaas bijv.naamw. Uitspraak: [ dwas ] raar of grappig Voorbeeld: 'dwaze gedachten' Synoniemen: : gek, zot, idioot, Synoniemen: achterlijke domkop dommerik eigenaardig gek idioot imbeciel krampachtig...
1) Aapachtig 2) Abnormaal 3) Absurd 4) Achterlijk mens 5) Achterlijke 6) Atopisch 7) Belachelijk 8) Beroofd van zijn zinnen 9) Bespottelijk 10) Betoeterd 11) Bezeten 12) Bezopen 13) Clown 14) Dat is te dol 15) Dol 16) Dolzinnig 17) Dom 18) Domkop 19) Dommerik 20) Driest 21) Dwalm 22) Dwazerik 23) Eigenaardig 1) Absurd 2) Achterlijke 3) Allemansgek 4) Atopisch 5) Belachelijk 6) Bespottelijk 7) Bezeten 8) Bezopen 9) Burlesk 10) Burlesque 11) Carnavalesk 12) Clown 13) Crazy 14) Daas 15) Dol 16) Dolzinnig 17) Dom 18) Domkop 19) Dommerik 20) Dorpsgek 21) Driest 22) Dwazerik 23) Eigenaardig 24) Gek 25) Gekkerd 
onverstandig ; onverstandig persoon (toon de herkomst via de etymologiebank)
wie erg raar doet, zijn verstand kwijt is vb: die dwaas sprong met zijn kleren aan in het water
•iemand die onverstandig handelt.
zonder verstand
zonder verstand