de echtgenote zelfst.naamw. (v.) Afbreekpatroon: echt·ge·no·te Verbuigingen: echtgenoten<br />echtgenotes (meerv.) een vrouwelijke huwelijkspartner Voorbeeld: 'Maxima is de echtgenote van Willem-Alexander.' . Synoniemen: huwelijkspartner vrouw 5 definities...
1) Eega 2) Eegade 3) Ga 4) Gade 5) Gehuwde vrouw 6) Gemalin 7) Getrouwde 8) Getrouwden 9) Gezellin 10) Huwelijkspartner 11) Levensgezellin 12) Moeder de vrouw 13) Vrouw 14) Wederhelft 15) Wijf 1) Eega 2) Eegade 3) Gade 4) Gemaal 5) Gemalin 6) Gezellin 7) Huwelijkspartner 8) Vrouw 9) Wederhelft 10) Wijf 
vrouw met wie iemand getrouwd is (toon de herkomst via de etymologiebank)
, vrouwelijke partner in een huwelijk
1) vrouwelijke partner in een huwelijk, beschouwd in haar huwelijksrelatie met haar mannelijke, of sinds een recente wetsaanpassing soms vrouwelijke partner 2) vrouw in een huwelijk, vooral beschouwd in verband met de specifieke levenswijze en de verplichtingen die dat met zich meebrengt; getrouwde vrouw
• [familie] vrouwelijke huwelijkspartner.
vrouw met wie iemand getrouwd is