slaan, een klakkend geluid voortbrengen, smakken - Voorbeeld: ‘En ze fletsten met hun kleine handjes op de koe haar vel’ - Voorbeeld: ‘Moor schudde de kop dat 't water van zijn harig bakkes kwispte en zijn oren deed fletsen lijk twee oude vodden langs zijne kop’ - Voorbeeld: ‘De natte netten fletsten om beurten in 't wat... Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0009.php