helpen werkw. Uitspraak: [ ˈhɛlpə(n) ] Afbreekpatroon: hel·pen Vervoegingen: hielp (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geholpen (volt.deelw.) 1) hulp geven Voorbeelden: 'iemand helpen bij de afwas' , 'iemand helpen om een probleem op te lossen' , 'iemand helpen met aankleden' Kan ik u helpen? (<dat zeggen ze tegen je in ... Gevonden op https://woorden.org/woord/helpen
iemand van dienst zijn vb: zij helpt mijn moeder in de huishouding help!! [als je hulp nodig hebt] help me onthouden [zorg ervoor dat ik het niet vergeet] hem een handje helpen [een beetje helpen] hem erbovenop helpen [ervoor zorgen dat hij uit de moeilijkheden raakt] hem op weg helpen [ervoor zo... Gevonden op https://mowb.muiswerken.nl/