het juweel zelfst.naamw. Uitspraak: [ jyˈwel ] Afbreekpatroon: ju·weel Verbuigingen: juwelen (meerv.) sieraad met edelsteen Voorbeeld: 'Ze draagt dure juwelen.' een juweel van een... (een prachtig...) 'een juweel van een schilderijtje' Synoniemen: bijou diamant kleinood oogappel pracht sieraad Intensiveringen Hoe kun je met juweel een... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/juweel
voorwerp waar je jezelf mooi mee maakt vb: zij droeg een kostbaar juweel om haar pols een juweel van een auto [een geweldige auto] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=juweel
Oorspronkelijk de prijs die werd uitgeloofd bij de wedstrijden in het schrijven en spelen van toneel die door de rederijkers werden gehouden. De naam ging over op de literaire wedstrijden tussen stedelijke of regionale rederijkerskamers. Bij spelen met een bovenregionaal karakter spreekt men van een landjuweel. Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/bork001lett01_01/bork001lett01_01_0011.php
Oorspronkelijk de prijs die werd uitgeloofd bij de wedstrijden in het schrijven en spelen van toneel die door de rederijkers werden gehouden. De naam ging over op de literaire wedstrijden tussen stedelijke of regionale rederijkerskamers. Bij spelen met een bovenregionaal karakter spreekt men van een landjuweel. Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/dela012alge01_01/dela012alge01_01_01219.php