keurig bijv.naamw. Uitspraak: [ ˈkɵ:rəx ] Afbreekpatroon: keu·rig 1) goed verzorgd Voorbeeld: 'We hebben gelogeerd in een keurig hotel.' Synoniem: netjes keurig netjes (heel netjes) 'Ze is altijd keurig netjes gekleed.' 2) goed Voorbeelden: 'een keurig resultaat' , 'Het is helemaal in orde. Je hebt dat keurig ged...
1) Behoorlijk 2) Beleefd 3) Beschaafd 4) Betamelijk 5) Chic 6) Eerbaar 7) Eerzaam 8) Eetbaar 9) Elegant 10) Engelrein 11) Exquis 12) Exquisiet 13) Fair 14) Fatsoenlijk 15) Fraai 16) Fijn 17) Fijntjes 18) Gepast 19) Innet 20) Jofel 21) Keuriglijk 22) Kies 23) Knap 24) Kostelijk 25) Mooi 26) Nauwnemend 1) Beschaafd 2) Betamelijk 3) Bevallig 4) Braaf 5) Chic 6) Correct 7) Decent 8) Degelijk 9) Eerbaar 10) Eerzaam 11) Fair 12) Fatsoenlijk 13) Fijn 14) Fijntjes 15) Gekuist 16) Gepast 17) Goed schoon 18) In de puntjes 19) Innet 20) In goede staat 21) Jofel 22) Kies 23) Kraaknet 24) Kraakzindelijk 25) Kruidig 
mooi, goed verzorgd (toon de herkomst via de etymologiebank)
met goede manieren, zoals het hoort vb: de kinderen hebben zich keurig gedragen Synoniemen: behoorlijk correct fatsoenlijk netjes voorkomend beschaafd zedelijk gepast Tegenstelling: vies
net
net