lui en leeg, lamlendig - Voorbeeld: ‘Anderen lagen luileeg uitgestrekt in 't gras en hoedden de geiten’ - Voorbeeld: ‘Toe, luizevel; blijft ge weer luileeg in uw kot liggen tot 't al is opgeschept’ Gevonden op https://dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0015.php