
tokkelend neervallen, neertikken - Voorbeeld: ‘
Ivo en Frazie verhaastten de gang, maar als de grote waterbollen gruisdikke neertokkelden op en rondom hen in 't zand (...) dan hield moeder met de harden haar lijf vast voor 't schudden’
Gevonden op
https://dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0017.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.