
ochenebbisj bijv.naamw. Afbreekpatroon: oche·neb·bisj
1) och!, helaas!, jammer! (uitroep van medelijden of spijt) 2) armoedig, zielig . 1 definitie
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/ochenebbisj
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] in de Joodsche volkstaal, samengetrokken uit:
och und nebbisj of uit
och-nebbisj, uitdrukking van medelijden. Zie
Nebbisj.
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0019.php
(Uit `De sociologische structuur onzer taal - De Jodentaal.`, 1914) , ogghenebbisj, in de Joodsche volkstaal samengetrokken uit: och un' nebbesj of uit och-nebbisj, uitdrukking van medelijden. Zie nebbisj
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10740
Geen exacte overeenkomst gevonden.