onvoorzien bijv.naamw. Uitspraak: [ ɔnvor'zin ] Afbreekpatroon: on·voor·zien waar je geen rekening mee hebt gehouden Voorbeelden: 'Er kunnen zich natuurlijk altijd onvoorziene omstandigheden voordoen.' , 'een potje voor onvoorziene noodzakelijke uitgaven' Synoniemen: onverhoeds onverwacht onverwachts Gevonden op https://woorden.org/woord/onvoorzien