
oprukken werkw. Uitspraak: [ 'ɔprʏkə(n) ] Afbreekpatroon: op·ruk·ken Vervoegingen: rukte op (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is opgerukt (volt.deelw.) 1) je in een bepaalde richting voortbewegen defensie Voorbeelden: 'het leger rukt verder op' , 'de troepen rukken op' 2) weggaan om een bepaalde reden
Gevonden op
https://woorden.org/woord/oprukken

1) Opdringen 2) Opdonderen 3) Oplazeren 4) Opmarcheren 5) Opdoeken 6) Voorwaarts trekken 7) Opakkeren 8) Voorwaarts gaan 9) Aanvallen 10) Naderen 11) Optrekken 12) Doorstoten
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Oprukken/1
je verplaatsen in de richting van je doel vb: de soldaten rukken op naar het centrum
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/
Geen exacte overeenkomst gevonden.