
opschalen werkw. Uitspraak: [ 'ɔpsxalə(n) ] Afbreekpatroon: op·scha·len Vervoegingen: schaalde op (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft opgeschaald (volt.deelw.)
doen toenemen of verbeteren Voorbeelden: 'de teelt opschalen' , 'de productieprocessen opschalen' Antoniem: afschalen 1 definitie...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/opschalen
`Jeukwoord.` Synoniem: groter maken
Gevonden op
https://www.aeno.nl/jeukwoorden-winnaar-2021
Def.: het veranderingsproces tijdens een ramp van het functioneren van het bestuur, de parate diensten en de gemeente, vanuit de dagelijkse situatie naar één regionale organisatievorm waarmee een ramp multidisciplinair wordt bestreden. De opschaling is uitgewerkt
Gevonden op
https://www.aquo.nl/index.php/Categorie:Geldige_begrippen
Geen exacte overeenkomst gevonden.