de parttimer zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'pɑrtajmər ] Afbreekpatroon: part·ti·mer Verbuigingen: parttimers (meerv.) iemand die geen volle werkweek werkt Voorbeeld: 'Ze hebben daar niet graag parttimers, die zijn duurder voor het bedrijf.' Antoniem: fulltimer Synoniem: deeltijder 3 definities...
1) Deeltijder 2) Deeltijdwerker 1) Deeltijdwerker 
iemand die parttime, in deeltijd werkt; iemand die een parttimebaan heeft; deeltijdwerker
Een parttimer is een werknemer in onvolledige dienst die gemiddeld minder dan 32 uur, maar doorgaans meer dan 12 uur per week werkt.
Een werknemer die een arbeidsovereenkomst heeft voor een gedeelte van de normale werktijd. Arbeidsvoorwaarden, zoals loon, vakantiedagen enz. worden voor parttimers naar rato van hun arbeidsomvang vastgesteld.