de piraat zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ pi'rat ] Afbreekpatroon: pi·raat Verbuigingen: piraten (meerv.) 1) iemand die op zee andere schepen aanvalt om ze te beroven Voorbeeld: 'Voor de Somalische kust zijn tal van piraten actief.' Synoniem: zeerover 2) (in samenstellingen) iemand die op een nietsontziende manier de we...
1) Avonturier 2) Bandiet 3) Boekanier 4) Etherpiraat 5) Flibustier 6) Kaper 7) Misdadiger 8) Roofridder 9) Rover 10) Vrijbuiter 11) Wegpiraat 12) Zeerover 13) Zeeschuimer 1) Avonturier 2) Boekanier 3) Boot 4) Dief 5) Kaper 6) Misdadiger 7) Regiozender 8) Rover 9) Schip 10) Vaartuig 11) Verboden zender 12) Zeerover 13) Zeeschuimer 14) Zeilboot 15) Zeilschip 
zeerover (toon de herkomst via de etymologiebank)
iemand die op zee schepen overvalt vb: het schip werd overvallen door piraten
1) iemand die de zeeën bevaart en schepen aanvalt om deze buit te maken of te plunderen en de opvarenden te beroven of te gijzelen voor losgeld; iemand die zeeroof pleegt; zeerover; zeeschuimer 2) iemand die zich losbandig, onverantwoordelijk of immoreel gedraagt; bandiet 3) iemand die zekere activiteit uitoefent zonder vergu...
•iemand die op zee schepen kaapt.
Somaliër
zeerover
zeerover
Misdadigers die in schepen over zee reizen met de bedoeling om anderen op een georganiseerde manier aan te vallen en te beroven. Piraten zijn door de hele geschiedenis actief geweest, maar de term wordt vooral gebruikt voor het beschrijven van piraten die actief waren tussen de 16e en de 19e eeuw