de portie zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ ˈpɔrsi ] Afbreekpatroon: por·tie Verbuigingen: porties (meerv.) bepaalde hoeveelheid, vooral als deel van een groter geheel Voorbeelden: 'in gelijke porties verdelen' , 'een portie friet met mayonaise' Geef mijn portie maar aan Fikkie! (ik wil er niks mee te maken hebben) Synoniemen: aandeel dos...
1) Stukje 2) Deel 3) Aangepast deel 4) Aandeel 5) Afgepast deel 6) Stuk 7) Dosis 8) Rantsoen 9) Partij 10) Vastgestelde hoeveelheid 11) Hoeveelheid voedsel 12) Hoeveelheid 13) Hoeveelheid eten 14) Vast rantsoen 15) Part 16) Gekregen hoeveelheid voedsel 17) Afgemeten hoeveelheid 18) Evenredig deel 19) Gedeelte voedsel 
(aan)deel
Let op: Spelling van 1858 portio, Lat., een deel, aandeel; erfdeel; zeker gedeelte brood, vleesch en toespijzen voor een mensch
deel, hoeveelheid (toon de herkomst via de etymologiebank)
hoeveelheid die je te doen of te eten krijgt vb: we kregen een flinke portie groente op ons bord
(aan)deel