Risjes definities

Zoek op

Risjes

Risjes logo #11542[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (verbasterd van Hebreeuws risjoes, risjoet = goddeloosheid, slechtheid), (zie Roosche), gebruikelijk in de zin van: plaagzucht, kwelzucht, boosaardigheid. In het bizonder voor geloofshaat, verdrukking, kwelling, tegenstand, die de Israëlieten van Christenen vaak te lijde...
Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0022.php

Risjes

Risjes logo #10740(Uit `De sociologische structuur onzer taal - De Jodentaal.`, 1914) (riches) van Hebr. risjoes, risjoet: goddeloosheid, slechtheid), (zie Roosje) gebruikelijk in den zin van: plaagzucht, kwelzucht, boosaardigheid. In het bijzonder voor geloofshaat, verdrukking, kwelling, tegenstand, die de Israëlieten van Christenen te lijden hebben
Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10740
Geen exacte overeenkomst gevonden.