een ronde boog hebbende, van een ronde boog voorzien, zo rond als een boog, boogvormig, gewelfd - Voorbeeld: ‘Het kleine, rondboogde deurtje van de klokzolder heeft een geheimzinnige bekoring voor de jongens’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0020.php