de snorder zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'snɔrdər ] Afbreekpatroon: snor·der Verbuigingen: snorders (meerv.) taxichauffeur die illegaal mensen rondrijdt of de auto van zo iemand Voorbeelden: 'Een snorder die betrapt wordt, krijgt een geldboete.' , 'legale taxi's tegenover snorders' Gevonden op https://woorden.org/woord/snorder
Ook: snurrevaadschip. Van oorsprong Deens zegenvissersschip uit de tijd waarin de motorkotter werd ontwikkeld. Was uitgerust als zijtrawler. Gevonden op https://encyclo.nl/lokaal/10827