de stadswacht zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ 'stɑtswɑxt ] Afbreekpatroon: stads·wacht Verbuigingen: stadswachten (meerv.) iemand die toezicht houdt in de gemeente Voorbeeld: 'Stadswachten werken samen met de politie.' 
1) Toezichthouder in de stad 2) Politieagent 3) Opzichter 4) Beroep 
'Stadswacht' was in de jaren 1980 in Nederland en België de term voor een gemeentelijk toezichthouder. Toezichthouders hebben niet dezelfde bevoegdheden als opsporingsambtenaren.