stort zelfst.naamw. Verbuigingen: storten (meerv.) Verbuigingen: stortje (verkleinwoord) 1) 《em》de stort (m)《/em》: stortplaats waar gestort kan worden 2) 《em》het stort《/em》: plaats waar modder tijdelijk opgeslagen wordt 3) 《em》het stort《/em》: een vertrek in een oude boerderij 
1) Afvalberg 2) Afvalhoop 3) Afvalplaats 4) Afvalverzamelplaats 5) Berg mijnsteen 6) Bladijzer 7) Blik 8) Dun plaatijzer 9) Dun plaatstaal 10) Hoop mijnsteen 11) Karrenvracht grond 12) Massa water 13) Milieustraat 14) Plaatijzer 15) Plaats in de Benelux 16) Plaats in Groningen 17) Plaats in Nederland 1) Plaatstaal 2) Plaatijzer 3) Steenberg 4) Stortplaats 
dun plaatstaal (toon de herkomst via de etymologiebank)
[baggeren] - Een stort is een gebied waarover bij een baggerproject de baggerspecie uitgespoten wordt. Het water loopt dan uit het water- en zandmengsel weg en het zand of de modder blijft achter. De baggerspecie komt of uit een drijvende leiding, verbonden aan een zand- of snijkopzuiger of aan een sleephopperzuiger. Een and...
dun (gegalvaniseerd) staalplaat, blik, waarmee houten schepen overijzerd werden. [ Afbeelding ]