substitueren werkw. Uitspraak: [ sʏpstity'werə(n) ] Afbreekpatroon: sub·sti·tu·e·ren Vervoegingen: substitueerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gesubstitueerd (volt.deelw.) in de plaats komen of zetten van (iets of iemand) Voorbeeld: 'een medicijn substitueren door een goedkoper medicijn' Synoniem: vervangen een uitdrukking s... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/substitueren
Let op: Spelling van 1858 in de plaats stellen, toevoegen; tot erfgenaam enz. in eens anders plaats benoemen. Substitutie, in plaatsstelling, plaatsvervanging; benoeming tot erfgenaam enz. in de plaats van een' ander. Substituut, een in de plaats gestelde, plaatsvervanger of -bekleeder, toegevoegde Gevonden op http://www.dbnl.org/tekst/weil004kuns01_01/