[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] beheer der geldzaken in een kerkgemeente. Uit Hand. VI:2: 
tafelen = tafelen, waarop geld verhandeld werd. Anderen denken hier aan spijs-tafels = liefdemaaltijden van rijken en armen. De kanttekenaars van onze Staten-bijbel verenigen beide denkbeelden.
Gevonden op 
https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0024.php
  Geen exacte overeenkomst gevonden.