
het tweetal zelfst.naamw. Uitspraak: [ ˈtwetɑl ] Afbreekpatroon: twee·tal Verbuigingen: tweetallen (meerv.)
groep van twee Voorbeeld: 'De klus zal vermoedelijk een tweetal weken tijd in beslag nemen.' Synoniemen: : paar, stel, duo, Synoniemen: duo koppel paar span stel twee personen twee stuks
Gevonden op
https://woorden.org/woord/tweetal

1) Aantal 2) Paar 3) Koppel 4) Hoeveelheid 5) Dubbelspan 6) Dubbeltal 7) Duo 8) Stelletje 9) Stel 10) Span 11) Beiden 12) Beide
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Tweetal/1
twee mensen of dieren die bij elkaar horen vb: José en Josien vormen een tweetal
Synoniemen: koppel duo
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/
Geen exacte overeenkomst gevonden.