lokken, vangen, verschalken, van zijn zinnen beroven (WNT) - Voorbeeld: ‘Broeke die sedert geruime tijd Mira's gangen in de meers pierogend had gadegeslagen, werd het nu ineens duidelijk (...) Zo, zo, langs daar had ze dus lijmstokken gelegd, om de ingenieur te verbenen’ - Voorbeeld: ‘Iedereen wist dat hij zich ophield, verbeend wa... Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0024.php