1.met een lap of lappen verstellen, lappen Voorbeeld: ‘'t Was een armtierige houten barak, op twee scheefuitschietende wielen, overal verlapt en genageld met plankskes en gevonden stukskes blik’ 2.verdrinken, verbrassen Voorbeeld: ‘Eén enkele koe stond aan 't ijzeren gelent gebonden (...) achtergelaten door een boer ergens, die er... Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0024.php