verzolen werkw. Afbreekpatroon: ver·zo·len Verbuigingen: verzoolde Vervoegingen: verzoold (volt.deelw.) 1) de zool van een schoen vervangen Voorbeeld: 'Ik heb deze schoenen laten verzolen.' 2) het loopvlak van een autoband vervangen Voorbeeld: 'Er waren nog enkele verzoolde achterbanden te koop.' . 1 definitie... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/verzolen