wit (als een witte vlek), wit en glanzend, blinkend - Voorbeeld: ‘Met tussenpozen keek hij eens op over 't blakerende veld, in de verte, zonder te zien al die witvlekte huizekes tegen de einder’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0025.php