de yogi zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: yo·gi Verbuigingen: yogi's (meerv.) Verbuigingen: yogietje (verkleinwoord) een beoefenaar van de yoga Voorbeeld: 'Die yogi doet zijn yogaoefeningen iedere ochtend om zeven uur.' . Synoniemen: asceet 7 definities...
1) Aanhanger van de yogaleer 2) Asceet 3) Beoefenaar van de yoga 4) Beoefenaar van yoga 5) Fakir 6) Indische asceet 7) Leermeester 8) Tekenfilm beer 9) Wie aan yoga doet 10) Yogabeoefenaar 1) Fakir 
Yogi is een Japanse meisjesnaam. Het betekent `van de Yoga praktijk`.
asceet. Hindustani jogi, Sanskriet yogi. Zie voor hen en hun leer Yule-Burnell in voce jogee. GM4: ook gebruikt in de zin van zwerver, bedelaar. GM5: kluizenaar, wonderdoener, die de bevolking licht in beroering brengt [ook: goegy, sioge, sjogy].
leermeester in de yogaspiritualiteit; yogaleermeester
•een beoefenaar van de yoga.
beoefenaar van yoga - Woordfeit: Yogi komt uit het Hindi, een Indische taal die uit het Sanskriet is voortgekomen. Yogi is net als yoga verwant met Sanskrietwoorden voor `verenigen`, `eenheid` en `methodische inspanning`. Het Nederlandse woord juk is er in de verte aan verwant. In het algemeen wordt met yogi een b...
beoefenaar van yoga
(m) - zweverig type