
Spreekwoorden: (1914)
Zijn bivac opslaan,d.w.z. zich neerzetten, ergens gaan wonen; eene uitdr. ontleend aan het krijgswezen. Onder een bivac, ook bivouac (fr. bivac, bivouac, van het nd. bî-wake (bewaking) verstaat men een verblijf voor de soldaten in het open veld; Ndl. Wdb. II, 1753. Vandaar ook bivakken, in de ...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
Zijn bivac opslaan,d.w.z. zich neerzetten, ergens gaan wonen; eene uitdr. ontleend aan het krijgswezen. Onder een bivac, ook bivouac (fr. bivac, bivouac, van het nd. bî-wake (bewaking) verstaat men een verblijf voor de soldaten in het open veld; Ndl. Wdb. II, 1753. Vandaar ook bivakken, in de ...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.