Wijzer beleggen

Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen. De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd. We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Economie en financiëen > Beleggen
Datum & Land: 28/02/2007, NL
Woorden: 375


ava
AVA staat voor Algemene Vergadering van Aandeelhouders.

basispunt
Eenheid waarmee renteverschillen worden aangegeven. Een basispunt is gelijk aan een honderste procentpunt.

bewaarbedrijf
Het bewaarbedrijf is een bancaire of trustorganisatie die verantwoordelijk is voor het bewaren en administreren van de effecten die een fonds bezit. Soms is het bewaarbedrijf ook verantwoordelijk voor de afwikkeling van transacties van het fonds.

bevek
Beleggingsfonds met veranderlijk kapitaal naar Belgisch recht.

bevak
Beleggingsfonds met vast kapitaal naar Belgisch recht.

beurswaarde
De beurswaarde van een genoteerd fonds berekent men door het aantal uitstaande aandelen te vermenigvuldigen met de actuele beurskoers. Beurswaarde is hetzelfde als marktkapitalisatie.

beta
De beta van een aandeel is de mate waarin de koers van dat aandeel beweegt ten opzichte van bijvoorbeeld een index. Een beta van bijvoorbeeld 0,75 betekent dat een stijging van de index met 1% in een bepaalde periode gepaard gaat met een stijging van 0,75% van de koers van dat aandeel.

benchmark
Engelse term voor ijkpunt. Een index kan dienen als een benchmark of als ijkpunt. De index gebruikt men dan om de prestaties van andere indices of fondsen mee te vergelijken.

beleggingsmix
Samenstelling van een beleggingsportefeuille. Een beleggingsporteffeuille kan uit diverse beleggingscategoriën bestaan, zoals aandelen, obligaties, onroerend goed, grondstoffen en bankdesposito`s.

beleggingsmaatschappij
Een juridische term voor een beleggingsfonds in de vorm van een NV of BV.

bel-20
Door Euronext onderhouden en berekende beursgraadmeter van de lokale Belgische effectenmarkt. De Bel-20 is een gewogen index die is gebaseerd op de koersen van de 19 meest verhandelde Belgische ondernemingen die staan genoteerd op de effectenbeurs van Euronext. De effectieve aandelenomzet is bepalend voor opname van een fonds in de Bel-20.

beheerkosten
De vergoeding die wordt betaald voor vermogensbeheer. De beheerskosten worden uitgedrukt in procenten per jaar. De kosten worden in mindering gebracht op het vermogen van het fonds.

beheerder
De beheerder is de organisatie waar het beheer van het fondsvermogen plaatsvindt.

beleggingsfonds
Een beleggingsfonds is een collectieve belegging in diverse effecten, afhankelijk van de doelstelling van het fonds. Een fonds kan beleggen in aandelen, vastrentende waarden of onroerend goed, of in een combinatie van deze categorieën.

bedrijfsobligatie
Een bedrijfsobligatie is een obligatie die uitgegeven wordt door een onderneming om de bedrijfsactiviteiten te financieren. De hoofdsom wordt terugbetaald wanneer de obligatie afloopt. Daarnaast keert een obligatie tijdens zijn looptijd regelmatig rente uit. Er bestaan ook diverse beleggingsfondsen die beleggen in bedrijfsobligaties.

bear market
Engelse term voor een markt waarin de koersen over een breed front dalen.

bid
Biedprijs. De prijs die door de ‘markt’ biedt voor de aankoop van een bepaald effect.

blue chip
Engelse term voor een topaandeel of hoofdfonds.

bottum-up
Beleggingsmethode waarbij eerst de kwaliteit en de toekomstkansen van een bedrijf worden onderzocht en pas daarna andere beleggingsmotieven in ogenschouw worden genomen. Tegenovergestelde van de top-down benadering.

boekjaar
Boekjaar, een twaalfmaandsperiode waarover een onderneming haar omzet en winst rapporteert. Een boekjaar hoeft niet altijd samen te vallen met een kalenderjaar of fiscaal jaar.

broker
Een broker, of commissionair, is een persoon of firma die bemiddelt tussen de koper en verkoper van effecten. De commissionair krijgt bij een transactie een vergoeding die commissie wordt genoemd.

bull market
Engelse term voor een positief gestemde markt waarin de koersen over een breed front stijgen.

buy and hold strategie
Engelse term voor een beleggingsmethode waarbij de belegger nauwelijks nieuwe aandelen in portefeuille neemt en dividendopbrengsten gebruikt om te herbeleggen in aandelen die hij al heeft.

cash flow
Engelse term die staat voor de som van nettowinst en afschrijvingen van een bedrijf. Aan de hoogte van de cashflow kan gezien worden of een bedrijf veel of weinig heeft om investeringen te doen of schulden af te lossen.

cash dividend
Een dividenduitkering in geld. Dividenduitkering kan ook gebeuren in de vorm van aandelen, in dat geval spreken we van een stockdividend.

cac 40
Door Euronext onderhouden en berekende beursgraadmeter van de lokale Franse effectenmarkt. De CAC40 is een gewogen index die is gebaseerd op de koersen van de 40 meest verhandelde Franse ondernemingen die staan genoteerd op de effectenbeurs van Euronext. De effectieve aandelenomzet is bepalend voor opname van een fonds in de CAC40. CAC is een afkorting van Cotation Assistée en Continue.

chinese walls
Denkbeeldige scheidingswanden tussen diverse afdelingen van financiële instellingen (vooral banken). Op de grond van deze Chinese muren moet voorkomen worden dat de koersgevoelige informatie te vroeg bij bepaalde afdelingen terechtkomt.

chart
Engelse term voor koersgrafiek. Charts gebruikt men onder andere bij de technische analyse van de effectenmarkt of van een individueel fonds.

closed end beleggingsfonds
Een closed-end beleggingsfonds bestaat uit een vaste hoeveelheid uitgegeven aandelen. De koers van het aandeel is geheel onderworpen aan vraag en aanbod. De fondsbeheerder kan niet tot inkoop besluiten als er een groot aanbod van stukken is. Ook kan hij niet overgaan tot uitgifte van nieuwe stukken als er veel vraag naar is. Bij een koers onder de intrinsieke waarde spreken we van een discount, bij een koers boven de intrinsieke waarde spreken we over een premium.

clickfonds
Bijzonder soort garantiebeleggingsfonds. Via een ingewikkelde constructie van afgeleide producten worden eventueel behaalde koerswinsten vastgezet. Een daaropvolgende koersdaling deert die winst niet meer. De belegger betaalt eenmalig een prijs voor dit product en incasseert het eventuele resultaat aan het einde van de looptijd van het product.

correctie
Als na een periode van (sterke) stijging de beurskoersen terugvallen spreekt men wel van een correctie.

converteerbare obligatie
Een obligatielening die onder bepaalde voorwaarden, op een bepaalde datum inwisselbaar is in een ander soort effecten, meestal aandelen van de uitgevende instelling. Een converteerbare obligatie noemt men ook wel convertible bond.

commissie
Vergoeding die wordt gevraagd om bepaalde effectentransacties uit te voeren.

contrarian
Een belegger die tegen de stroom ingaat; als `iedereen` verkoopt gaat hij juist kopen en als `iedereen` koopt gaat hij verkopen.

consumenten prijs index
Graadmeter voor inflatie. In de index, die elke maand wordt gepubliceerd, worden prijzen van consumentengoederen en -diensten opgenomen.

commissionair
Een commissionair of broker is een persoon of firma die bemiddelt tussen kopers en verkopers van effecten. De commissionair krijgt bij een transactie een vergoeding die commissie wordt genoemd.

commodities
Engelse term voor goederen en grondstoffen, zoals goud, zilver en andere edelmetalen en koper, koffie, sojabonen en dergelijke.

couponrendement
De verhouding tussen de de couponrente (de rente over het nominale bedrag van een obligatie) en de beurskoers van een obligatie. Stel: een 6%-staatslening heeft een beurskoers van 95%. Het couponrendement is dan: 6 - 95 x 100% = 6,32%.

coupon datum
Datum waarop de rente op een obligatie wordt betaald.

coupon
De coupon is het vaste rentepercentage dat met regelmaat op een vastrentende belegging wordt betaald.

cyclische aandelen
Aandelen van bedrijven die gevoeliger zijn voor ontwikkelingen in de economische cyclus of conjunctuur dan defensieve aandelen. Voorbeelden van cyclische aandelen zijn onder andere chemie en staalfondsen.

derivaten
Opties, financiële futures, agrarische termijncontracten en warrants zijn zogeheten derivaten of ‘afgeleide’ producten van een onderliggende waarde zoals aandelen, indices, valuta’s of commodities.

depreciatie
Een depreciatie is de waardedaling van de ene munt ten opzichte van een andere.

deposito
Geld dat door een belegger voor een bepaalde, vaste periode tegen een rentevergoeding is ondergebracht bij een bank. De looptijd van een deposito kan variëren van een dag (zogeheten daggeld) tot enkele jaren.

delta
Delta is een optieterm die aangeeft hoeveel aandelen er nodig zijn om het prijsrisico van een optie te dekken.

defensieve aandelen
Aandelen die minder gevoelig zijn voor ontwikkelingen in de economische cyclus of conjunctuur dan cyclische aandelen. Voorbeelden van defensieve aandelen zijn onder andere voedings- en financiële fondsen.

devaluatie
De devaluatie van een munt is de daling van de waarde van een munteenheid die een vaste wisselkoers kende. Een devaluatie is vaak het resultaat van een beslissing van de overheid.

diversificatie
Een portfoliostrategie waarmee het risico wordt verlaagd door verschillende beleggingen te combineren die waarschijnlijk niet in dezelfde richting bewegen. Het doel van diversificatie is het totale risico te verkleinen. Over het algemeen verlaagt diversificatie zowel de boven- als de onderkant van het prestatiepotentieel van een portfolio, zodat een consistenter resultaat kan worden behaald in een brede verscheidenheid van economische omstandigheden.

distributeur
Een distributeur is een bedrijf (meestal banken en verzekeraars) dat verantwoordelijk is voor de verkoop en marketing van beleggingsfondsen aan beleggers op een continue basis. De distributeur is eveneens verantwoordelijk voor het toezenden van informatie over fondsen, zoals prospectus, jaarverslag en additionele informatie.

dividendrendement
Het dividendrendement wordt berekend door het dividend te delen door de huidige aandelenkoers en de uitkomst met 100 te vermenigvuldigen.

dividend
Een dividend is een contante winstuitkering die door een fonds of bedrijf gedaan worden aan de aandeelhouders.

dow jones industrial average
De door Dow Jones & Company berekende en onderhouden beursbarometer van de Amerikaanse effectenhandel. De Dow Jones Industrial Average index werd in 1896 ontwikkeld door Charles Dow. De ‘Dow’ is samengesteld uit 30 Amerikaanse blue chips. Men beschouwt deze index, samen met de S & P 500 index, als één van de belangrijkste beursindicatoren ter wereld.

duurzaam beleggen
Bij een fonds dat duurzaam belegt, worden de middelen geïnvesteerd in ondernemingen die bepaalde ethische normen hanteren.

duration
Maatstaf voor de rentegevoeligheid van obligaties. Hoe langer de resterende looptijd, des te sterker obligatiekoersen reageren op een renteverandering en hoe hoger de duration. Vuistregel: stijgt of daalt de rente met 1%, dan fluctueert de waarde van de obligatie met 1% maal de duration.

effectenbeurs
Een centrale, gereguleerde marktplaats voor de verhandeling van aandelen, obligaties en dergelijke. In Nederland, België, Portugal en Frankrijk is de marktplaats voor deze producten de cashmarkt van Euronext. Op de derivatenmarkt vindt de verhandeling plaats van hiervan afgeleide producten (of derivaten) zoals opties en futures.

emissie
Uitgifte van effecten.

emerging market
Een opkomende markt (emerging market) is een financiële markt van een ontwikkelingsland.

euronext genoteerd
Sommige beleggingsinstellingen - met name uit Nederland - hebben een notering aan de Euronext, het verband waarin onder andere de beurs van Amsterdam is opgegaan. Deze fondsen zijn in principe via iedere commissionair - broker verkrijgbaar.

euronext
Euronext is de combinatie van de beurzen van Amsterdam (Amsterdam Exchanges), Brussel (Brussels Exchanges) en Parijs (Paris Bourse).

euroland
Euroland of eurozone is een naam voor de combinatie van landen die de euro als munteenheid hebben aangenomen.

eurobond
Een obligatielening uitgegeven in een andere munteenheid dan die van het land van uitgifte. Bijvoorbeeld een obligatielening in dollars, uitgegeven door een in België gevestigde onderneming.

euribor
Rentetarief dat kredietwaardige banken elkaar in rekening brengen voor bedragen die luiden in euro`s.

exdividend
De vermelding van de koers van een aandeel op de dag van dividenduitkering, waarbij de verhandeling exclusief het betaalbaar gestelde dividend plaats vindt.

federal funds rate
Belangrijkste geldmarkttarief in Amerika. Door de geldmarkt te verruimen of te verkrappen bepaalt Fed de hoogte van dit tarief.

fed
Federal Reserve Board. Het hoogste bestuursorgaan van de Amerikaanse Centrale Bank, bestaande uit twaalf over de Verenigde Staten verspreide Federal Reserve Banks.

financiële markten
Verzamelnaam voor markten waarop financiële producten worden verhandeld en waar vraag naar en aanbod van geld bij elkaar komen.

financiële instelling
Verzamelnaam voor bedrijven die als hoofdactiviteit het opereren op de financiële markten hebben. Het gaat om banken, verzekeringsmaatschappijen, pensioenfondsen, commissionairs en dergelijke.

fondsvermogen
Het totaal belegde vermogen in het fonds.

fondssupermarkt
Een fondssupermarkt is een bank of fondsaanbieder die een wijd fondsenassortiment afkomstig van verschillende aanbieders verkoopt, meestal via het internet.

fondsvaluta
De fondsvaluta is de valuta waarin een beleggingsfonds zijn notering heeft of zijn intrinsieke waarde uitdrukt.

fondsmanager
Een fondsmanager is een persoon die direct verantwoordelijk is voor het management van de portefeuille van het beleggingsfonds.

fondsfamilie
Een fondsfamilie (fund family) is een groep verschillende fondsen van één en dezelfde fondsaanbieder. Soms bieden fondsfamilies de mogelijkheid om tegen geen of gereduceerde kosten te switchen tussen de verschillende fondsen.

fondsaanbieder
Een fondsaanbieder is een vermogensbeheerder die beleggingsfondsen aanbiedt aan beleggers.

ftse 100
De door de toonaangevende Britse zakenkrant The Financial Times ontwikkelde index van de 100 meest actieve aandelen genoteerd op de London Stock Exchange. FTSE spreekt men gewoonlijk uit als ‘foetsie’. FTSE International in Londen berekent en onderhoudt de FTSE 100 index.

fundamentele analyse
Een methode waarbij men tracht door analyse van bedrijfsgegevens zoals jaarcijfers een voorspelling te doen over de mogelijke koersontwikkeling in de toekomst.

fund of funds
Een fund of funds of multimanager fund is een fonds dat gespecialiseerd is in het kopen van aandelen in andere beleggingsfondsen en niet belegt in individuele effecten.

future
Engelse naam voor een termijncontract. Anders dan bij opties hebben bij futures zowel de koper als de verkoper een verplichting en is er geen premiebetaling.

garantiefonds
Belegingsfonds dat geheel of ten dele is opgebouwd uit afgeleide producten (opties, futures, termijncontracten). De uitgevende instelling garandeert dat beleggers hun inleg aan het einde van de looptijd van dit fonds voor een belangrijk deel terugkrijgen. Zie ook clickfonds.

gamma
De gamma geeft aan in welke mate de delta van een optie verandert ten gevolgde van een koersverandering van de onderliggende waarde. Bij een delta van 50 en een gamma van 5 zal de delta bij een koersbeweging van één euro stijgen naar 55 of dalen naar 45.

gemiddeld rendement
Op de verschillende beleggingscategorieën zoals aandelen, obligaties en desposito`s worden meestal verschillende rendementen behaald. Door rendementen te vermenigvuldigen met het belegd vermogen, de uitkomst van de vermenigvuldigingen bij elkaar op te tellen en vervolgens te delen door het totale vermogen krijgt men het gemiddelde rendement.

gemengde fondsen
Beleggingsfondsen die beleggen in verschillende beleggingscategorieën, zoals aandelen, obligaties, onroerend goed en liquiditeiten, en daarmee de belegger een breed gespreide portefeuille aanbieden.

groenfonds
Beleggingsfonds dat belegt in projecten die goed zijn voor het milieu en dat daardoor aanspraak kan maken op een speciale behandeling van de Belastingdienst.

groeifonds
Beleggingsfondsen die vooral beleggen in aandelen waarvan een snelle en sterke (bovengemiddelde) groei van de winst per aandeel wordt verwacht, of een beleggingsfonds dat geen dividend uitkeert maar de beleggingsopbrengsten aan het vermogen toevoegt.

hang seng index
Belangrijke aandelenindex van de aandelenbeurs van Hongkong.

herbeleggen
Het beleggen van bijvoorbeeld dividend- en rente-inkomsten uit een beleggingsportefeuille in de waarde waarop die inkomsten zijn genoten of in andere zaken.

hedgen
Engelse term voor afdekken. Hedging is het afdekken van risico’s door het aangaan van een andere positie. Sommige effectentransacties kunnen het risico elimineren dat door een reeds bestaande positie is gecreëerd.

hedge fund
Van oudsher beleggingsfondsen die op basis van een vastgelegde strategie proberen beleggingssrisico`s te beperken. Het zijn vaak besloten fondsen, die een forse minimale inleg verlangen, met geleend geld opereren en gebruikmaken van afgeleide producten. Tegenwoordig gebruikt als verzamelnaam voor zeer speculatief ingestelde beleggingsfondsen.

high yield fonds
Een high yield fonds is een obligatiefonds welke vooral belegt in obligaties met een lage kredietwaardigheid.

huisfonds
Beleggingsfonds dat is opgericht en wordt beheerd door een bankinstelling of verzekeringsmaatschappij.

institutionele belegger
De verzamelnaam voor grote, niet-particuliere beleggers zoals beleggingsmaatschappijen en pensioenfondsen.

inflatie
Situatie waarin het algemene prijspeil in een land stijgt en leidt tot waardevermindering.

index fonds
Een indexfonds is een fonds dat zo nauwkeurig mogelijk een bepaalde index volgt met als doel om hetzelfde rendement als deze index te behalen. De fondsmanager bestudeert de samenstelling van de index en veranderingen daarin nauwkeurig om de portefeuille van zijn fonds een zo goed mogelijke afspiegeling te laten zijn van de index.

index
Een index is een verzameling effecten die zo is samengesteld dat ze een bepaald gedeelte van de markt representeert. Veel genoemde indices zijn de Dow Jones Industrial Average, de S&P 500 en de AEX-index. Veel fondsen kiezen ervoor om hun prestaties te evalueren aan de hand van een index (de benchmark).

in- en uitstapkosten
De kosten die u dient te betalen wanneer u in en uit het fonds stapt.

ipo
Engelse term voor de eerste uitgifte van aandelen of obligaties op een effectenbeurs.

isin
International Security IdentificatioN code. De internationale administratiecode toegekend aan een effect. De ISIN-code bestaat uit een landencode en een uniek nummer.

jaarverslag
Een jaarverslag is een document dat een beleggingsfonds jaarlijks moet opstellen. Het verslag laat zien hoe het fonds zijn vermogen heeft belegd, en geeft inzicht in de financiële stand van zaken door middel van de balans en resultatenrekening. In het verslag van de directievoorzitter wordt teruggekeken op het voorgaande jaar en wordt vooruitgekeken naar zaken die in de toekomst zullen spelen.

junk bond
Obligaties uitgegeven door kwalitatief minder goede bedrijven die daarom een relatief hoge couponrente hebben.

kapitaalmarkt
De markt waarop in de verhandeling plaatsvindt van vermogenstitels met een looptijd van meer dan een jaar. Er bestaat een onderscheid tussen de openbare kapitaalmarkt die voor iedereen toegankelijk is, zoals een effecten- of een optiebeurs, en de onderhandse kapitaalmarkt voor professionele beleggers.

korte rente
De rente berekend over leningen met een looptijd korter dan een jaar.