Metaal Kennis Groep
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Management
Datum & Land: 28/02/2007, NL offline
Woorden: 290
Functionele kostenindeling
Indeling van de kosten naar de functies in het bedrijf.
Full costing
Zie integrale kosten.
Full cost pricing
Zie cost-plus pricing.
Gesplitste deelcalculatie
Deelcalculatie waarbij de kosten gesplitst worden in vast en variabel en de vaste kosten gedeeld worden door de normale productie.
General overhead
In de ABC-literatuur gebruikte term voor indirecte kosten die niet verbijzonderbaar zijn of waarvan de verbijzondering achterwege is gebleven.
Gemiddelde rentabiliteit
De gemiddelde jaarwinst van een investeringsproject gedeeld door de gemiddelde investering in het project.
Gemengde kosten
Kosten die bestaan uit een vast bedrag en een met de prestatie variërend bedrag.
Gemengde budgettering
De kosten van een afdeling worden gedeeltelijk als variabele kosten (variërend met het aantal prestaties) en gedeeltelijk als vaste kosten gebudgetteerd.
Gemeenschappelijke kosten
Kosten van een productieproces waaruit technisch onvermijdelijk meer dan één eindproduct ontstaat.
Gelijktijdige capaciteit
Productiemogelijkheid per tijdseenheid.
Gedifferentieerde toeslagcalculatie
Zie meervoudige toeslagcalculatie.
Grootte-degressie
Is aanwezig wanneer de productiekosten per eenheid dalen bij een grotere capaciteit van een duurzaam productiemiddel.
Hardware
Fysieke componenten van een informatiesysteem zoals pc’s, servers en mainframes.
Historische prijs
De prijs die betaald is voor een aanwezige vrije voorraad.
Hoofdkostenplaats
Kostenplaats waarvan in het kader van de kostenplaatsenmethode wordt doorberekend naar de producten.
Hoofdbudget
De begrote winst- en verliesrekening die de samenvatting is van het budgetplan.
Hoeveelheidverschil
Verschil tussen het voorgecalculeerde en werkelijke verbruik van een productiefactor omgerekend tegen de voorgecalculeerde prijs of het voorgecalculeerde tarief. In de literatuur meestal aangeduid als efficiencyverschil.
Human capital management
Vastleggen en plannen van carrièrepatronen van medewerkers.
Hulpkostenplaats
Kostenverzameling die niet specifiek tot een bepaalde afdeling behoort en bij toepassing van de kostenplaatsenmethode afzonderlijk wordt doorberekend.
Interval-vaste kosten
Kosten die vast zijn tot het bereiken van de capaciteitsgrens en dan sprongsgewijs stijgen.
Interne rentevoet
De berekende rentabiliteit van een investeringsproject.
Integrale kostprijs
De som van variabele en vaste kosten van een product. Calculeren met integrale kosten is het tegengestelde van direct costing. Ook te definiëren als de kostprijs die alle kosten omvat.
Initiële kosten
Kosten gemaakt voor de ontwikkeling of vernieuwing van een product.
Informatie-asymmetrie
De situatie waarin de informatieverstrekker meer weet dan de informatie-ontvanger.
Indirecte kosten
Kosten waarvan in eerste instantie niet duidelijk is dat ze voor het calculatie-object zijn gemaakt.
Indifferentiepunt
De productie-omvang waarbij de kosten van twee alternatieve productiemogelijkheden gelijk zijn. Wordt ook wel aangeduid als het `trade off` punt.
Investeringscentrum
Afdeling die verantwoordelijk is voor de in het budget vermelde omzetten, kosten en investeringen.
Inverse calculatie
Zie target costing.
Jaarwegingsmethode
Afschrijvingsmethode waarbij de jaarafschrijving daalt met een vast bedrag, dat berekend wordt door het in totaal over de jaren af te schrijven bedrag te delen door de som van de jaren van de levensduur.
Jaarproductkosten
In dit boek gebruikte term voor de jaarlijkse kosten die zijn verbonden aan het in het assortiment houden van een product of een materiaalsoort. In de ABC-calculatie worden de kosten voor het in het assortiment houden van een product dikwijls aangeduid als kosten op `product level`.
JIT-systeem
Systeem waarbij de leverancier de grondstoffen aflevert wanneer ze in de productie nodig zijn. Ruimer: Methoden gericht op het verkorten van de doorlooptijd van materialen tot en met eindproduct.
Job costing
Zie ordernacalculatie.
Kanban
Kanban is Japans en betekent kaart of signaal. Kanban staat voor een productiemethode waarbij er wordt geproduceerd op het moment dat de voorraad is gedaald. Een kanban systeem coördineert bestellingen en leveringen (voorraadaanvulling) d.m.v. een kaarten systeem.
Kaizen costing
Het voortdurend streven naar kostenverlaging bij de bestaande productiemethoden.
Kaasschaafmethode
Methode waarbij van alle afdelingen van een bedrijf een relatief even grote bijdrage aan kostenbesparing wordt verlangd.
Knelpuntsituatie
De productiemogelijkheden worden beperkt door onvoldoende beschikbaarheid van een of meer productiefactoren.
Knelpuntfactor
Productiefactor die in een knelpuntsituatie de productiemogelijkheden limiteert.
Kosten
De geldwaarde van het gebruik of verbruik van productiefactoren.
Kostprijs-plus
Kostprijs waarbij de vermogenskosten over het eigen vermogen zijn berekend tegen de door het bedrijf gestelde rentabiliteitseis en.
Kostprijs
De kosten per stuk van een eindproduct.
Kostenveroorzaker
Zie: cost driver.
Kostenversleuteling
Het op min of meer arbitraire wijze toerekenen van indirecte kosten aan directe kosten.
Kostenverdeelstaat
De staat waarop de doorberekening wordt aangegeven van service-kostenplaatsen en algemene kostenplaatsen naar elkaar en naar de hoofdkostenplaatsen.
Kostenverbijzondering
Organisatorische maatregelen waardoor kan worden vastgesteld voor welke calculatie-objecten indirecte kosten zijn gemaakt.
Kostensoorten
De kosten gespecificeerd naar soort productiefactor.
Kostenremanentie
Vertraagde aanpassing van kosten aan gedaalde afzet.
Kostenplaatsenmethode
Methode voor doorberekening van de indirecte kosten waarbij de indirecte kosten per kostenplaats worden begroot en worden doorberekend aan andere kostenplaatsen en in laatste instantie naar eindproducten.
Kostencentrum
Afdeling die er voor verantwoordelijk is dat de kosten het budget niet overschrijden.
Kosten op `product level`
Zie jaarproductkosten.
Kritische omzet
Omzet waarbij geen winst wordt gemaakt (omzet = kosten).
Kritische beladingsgraad
In de transportsector gebruikte term voor het break even punt.
Kwaliteitskosten
Kosten voor het voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen en kosten die ontstaan wanneer niet aan de kwaliteitseisen wordt voldaan.
Laatste kostenplaatsen
Zie hoofdkostenplaatsen.
Leereffect
Daling van de kosten per stuk bij voortgezette productie .
Liquiditeitsprognose
De liquiditeitsprognose is een overzicht van toekomstige ontvangsten en uitgaven. Bijvoorbeeld per maand, over een periode van een jaar. De liquiditeitsprognose is een middel om de liquiditeitsontwikkeling in de gaten te houden.
Met de liquiditeit prognose van MKG Software bent u in staat om op week niveau een nauwkeurige liquiditeitspositie te bepalen. Afhankelijk van de gekozen opties en de lengte van de prognose binnen de MKG liquiditeitprognose is de nauwkeurigheid navenant.
Omdat u gebruik kunt maken maken van een geïntegreerde financiële administratie binnen de MKG Software kan per Debiteur en per Crediteur een nauwkeurig betalingsgedrag worden bepaald aan de hand van historische gegevens. Met behulp van deze gegevens kan per Debiteur en Crediteur een gewogen gemiddelde worden bepaald van het aantal dagen tussen factuurdatum en betaaldatum en zo nauwkeurig bepaald worden wanneer u bijvoorbeeld geld ontvangt van een Debiteur.
De liquiditeit prognose kan automatisch ook berekenen wanneer BTW bedragen aan de orde zijn en deze op maandbasis of kwartaalbasis meenemen in de prognose.
Ook kunt u op een vrij eenvoudige manier Omzet prognoses per week, per maand, per kwartaal, per jaar of incidenteel ingeven.
Hetzelfde geldt voor Verplichtingen. Wederkerende verplichtingen als personeelskosten, huisvestingskosten maar ook verplichting naar de fiscus en dergelijke kunnen daarom nauwkeurig worden vastgelegd en meegenomen worden in de liquiditeit prognose.
Lineaire programmering
Rekentechniek voor maximalisatie van de uitkomst van een gegeven doelstelling bij beperkt aanwezige middelen en eventuele andere beperkingen.
Lineaire afschrijving
Afschrijvingsmethode waarbij het jaarbedrag van de afschrijving gedurende de begrote levensduur gelijk blijft .
Life cycle costing
Een berekening van de opbrengsten en kosten over de verwachte volledige levensduur van een product .
Material pricing
Enkelvoudige toeslagcalculatie op basis van materialen.
Master budget
Zie hoofdbudget.
Marktprijsmethode
Methode van voorraadwaardering voor gemeenschappelijke producten.
Marktomvangverschil
Het gedeelte van het afzetverschil dat verklaarbaar is doordat de werkelijke afzet voor de bedrijfstak afwijkt van de begrote afzet. Zie ook marktaandeelverschil.
Marktaandeelverschil
Het gedeelte van het afzetverschil dat verklaarbaar is doordat het werkelijke marktaandeel verschilt van het begrote marktaandeel. Zie ook marktomvangverschil.
Marketing kosten
De kosten voor de verwerving van de verkooporders.
Marginale kosten
De toename van de kosten bij één extra prestatie.
Margeverschil
Het verschil in winst dat ontstaat doordat de werkelijke procentuele bruto-winstmarge verschilt van de begrote procentuele bruto-winstmarge.
Management by exception
Bijsturen is alleen nodig wanneer de realisatie te sterk afwijkt van het budget.
Managed costs
Zie discretionary costs.
Mengverschil
Verschil tussen voorgecalculeerde en werkelijke kosten van een mengsel wanneer de werkelijke samenstelling van het mengsel afwijkt van de voorgecalculeerde samenstelling.
Meervoudige toeslagcalculatie
Methode waarbij toeslagen voor indirecte kosten worden gelegd op meer dan één soort directe kosten.
Nacalculatie
De berekening van de werkelijke kosten nadat de goederen zijn geproduceerd of de diensten zijn verricht.
Netto contante waarde
Het verschil tussen het contante bedrag van de verwachte opbrengsten van een investeringsproject en het opgerente bedrag van de investeringen.
Normale productie
Het aantal prestaties dat wordt gebruikt als deler van de vaste kosten.
Normale bezetting
Zie normale productie.
Normaal aantal uren
Zie normale productie.
Non-value added activities
Activiteiten die voor de klanten geen waarde toevoegen en daarom dienen te worden geëlimineerd.
Omstelverschil
Zie orderverschil.
Omzetverschil
Het verschil in winst dat ontstaat door het verschil tussen de werkelijke en begrote omzet, indien niet op afzetbasis is begroot.
Omzetsnelheid vermogen
Kengetal dat wordt berekend door de omzet te delen door het totale vermogen van een bedrijf.
Opslagcalculatie
Zie toeslagcalculatie.
Opportunity costs
Zie alternatieve kosten.
Opbrengstcentrum
Afdeling die er voor verantwoordelijk is dat de in het budget vermelde omzet wordt gehaald.
Orderverschil
Verschil in kosten per stuk dat ontstaat wanneer de werkelijke orderhoeveelheid afwijkt van de standaardhoeveelheid, waarvan is uitgegaan in de kostprijscalculatie.
Ordernacalculatie
Vergelijking van voorgecalculeerde en werkelijke kosten per productie-order.
ordermanagement
bepaling van waaruit te leveren per orderregel
Overhead value analysis
Methode waarbij in het kader van een kostenbesparingsproject de waarde en de kosten van de diensten van afdelingen worden vastgesteld.
Overhead
Vage term, meestal identiek met indirecte kosten. Zie ook `general overhead`.
Overwinst
Term voor een positief economisch resultaat.
Partijregistratie
Het uniek registreren en traceren van 1 of meerdere aantallen van een serie die onder eenzelfde conditie is ontvangen uit inkoop productie of verkoop of uitgegeven naar inkoop productie en verkoop.
Toelichting:
Als producerend ondernemer, koopt u ook in. Op voorhand kunt u gevraagd worden dit volgens bepaalde kwaliteitsnormen te doen. Tot zover geen probleem.
Maar op het moment van dispuut wilt u het volledige traject van het door u verkochte product kunnen herleiden. Van inkoop van materiaal, uitbesteding en eigen productie, tot verkoop. Wie heeft, wat en wanneer gedaan en volgens welke norm. En zijn er vervolgens ook nog andere producten met mogelijk hetzelfde probleem?
Met partijregistratie kunt u uw product volledig traceren en daarmee antwoord krijgen op vragen als:
Waar is het ingekocht of geproduceerd?
Wat is de kwaliteit?
Op welke locatie ligt het (op voorraad, bij leverancier of bij afnemer)?
Wat is haar ouderdom?
Door partijregistratie is traceerbaarheid eenvoudig mogelijk tot op het laagste niveau zonder dat u daar veel tijd in hoeft te steken.
Payout
Het percentage van de winst dat wordt uitgekeerd.
PDM
Product Data Management
Proportioneel variabele kosten
Variabele kosten die recht evenredig stijgen met de afzet, met de productie of met een andere cost driver.
Projectplanning
Bepaling van kritieke pad voor projecten.
Progressief variabele kosten
Variabele kosten die meer dan evenredig stijgen met de afzet, met de productie of met een andere cost driver.
Programmed costs
Zie discretionary costs.
Productiescheduling
Volgordebepaling van productieorders.
Productieplanning
Planning van productie op middellange termijn.
Productiecentramethode
Zie kostenplaatsenmethode.
Productdifferentiatie
Een marktsituatie waarin voor de klanten duidelijk onderscheid bestaat tussen de producten van de ondernemingen in een bedrijfstak.
Productconfigurator
Online op maat maken van producten op basis van voorgedefinieerde regels.