Em_Ha_Em Kennisbank - Begrippen Bank- en Effectenwereld

Categorie: Aardrijkskunde > Beleggen
Datum & Land: 10/03/2007, NL offline
Woorden: 2643

Pakkettenhandel
Verhandeling van een grote partij aandelen waarvan verwacht mag worden dat een flinke verstoring van de koersvorming op zal treden. ( > beleggen > algemene terminologie)

Pandbrief
Obligatie van een hypotheekbank. Deze obligaties zijn permanent beschikbaar en verhandelbaar op de beurs ( > Beleggen > effecten > obligaties)

Paper
Engelse term waarmee in het algemeen een effect wordt aangeduid ( > beleggen > algemene terminologie)

Paper trading
Proefdraaien met een tradingsysteem op papier in plaats van met echt geld en echte transacties. ( > trading > moneymanagement)

Papieren overname
Overname waarbij niet in geld wordt betaald maar met aandelen van het eigen bedrijf ( > beleggen > algemene terminologie)

papieren standaard
We spreken van een papieren standaard als er geen relatie is tussen de munteenheid van een land en de goudvoorraad. Eigenlijk is er sprake van een niet-gedekte munt. Er wordt ook wel gesproken van een non-metallieke standaard. ( > beleggen > algemene terminologie)

Papieren verlies
Een verlies dat wel ontstaan is, maar omdat er nog niet verkocht is, niet echt in geld is omgezet ( > beleggen > algemene terminologie)

Papieren winst
Winst die wel ontstaan is, maar omdat er nog niet verkocht is, niet echt in geld is omgezet ( > beleggen > algemene terminologie)

Parabool
Bepaalde vorm van een steunlijn. Wordt veel gebruikt bij stop and reversal systemen ( > beleggen > analyse > technisch > algemeen)

Parameter
Instelbare grootheid bij een tradingsysteem ( > trading > systemen)

Paraplufonds
Onder een paraplufonds of in het engels een `umbrella fund` verstaan we een soort beleggingsfonds waaronder zich verschillende andere beleggingsfondsen bevinden. Deze fondsen hebben een van elkaar afwijkende beleggingsstrategie teneinde spreiding te verkrijgen. ( > beleggen > effecten > beleggingsfondsen)

Pareto (wet van..)
Een `wet` die beweert dat 80% van de resultaten wordt gemaakt met 20% van de inspanning ( > economie)

Parikoers
Notering van een obligatie tegen 100 %. Ook wel Pari of á pari notering genoemd. ( > Beleggen > effecten > obligaties)

Pariteit
1. De gelijke notering van een fonds op verschillende beurzen ( > beleggen > algemene terminologie)

Participatiebewijs
Bewijs van deelname in een beleggingsfonds. Vergelijkbaar met een aandeel in een beleggingsfonds ( > beleggen > effecten > beleggingsfondsen)

Party paid bond
Bij de emissie van party-paid bonds behoeft er slechts een gedeelte betaald te worden. De rest komt later. ( > Beleggen > effecten > obligaties)

Passeren van dividend
Meestal ten gevolge van mindere bedrijfsresultaten wordt er geen dividend uitgekeerd. ( > Beleggen > effecten > aandelen)

Paul Revere
Handelssystem ontwikkeld door Joe Krutzinger gebaseerd op de volgende regels: ( > beleggen > analyse > technisch > indicatoren)

Pay date
Datum waarop in de VS dividenden beschikbaar worden gesteld ( > Beleggen > effecten > obligaties)

Pay out
Verhouding tussen de nettowinst en het bedrag dat aan de aandeelhouders als dividend wordt uitbetaald. Wordt bijvoorbeeld de helft uitbetaald, dan bedraagt de pay-out 50. ( > Beleggen > effecten > aandelen)

payoff protected option
Bij een payout-protected option worden uitbetalingen als bijvoorbeeld dividend gecorrigeerd bij de uitoefening. In het algemeen is dat bij de gangbare opties niet het geval, en reageren deze wel degelijk op bijvoorbeeld een dividenduitkering. Deze zijn daarmee payoff-unprotected. ( > beleggen > effecten > opties > standaard)

Pennant
De `pennant` of wimpel is een koerspatroon binnen de technische analyse, vergelijkbaar met de vlag. Het patroon wijst op een voortzetting van de al ingezette trend. Het lijkt op een driehoekspatroon maar de figuur is veel kleiner en van korte duur. ( > beleggen > analyse > technisch > koerspatronen)

Pennystocks
Goedkope aandelen die flink uit de gratie zijn. Worden veelal als risicovol ingeschat, maar dit wordt niet altijd door de realiteit bevestigd. ( > beleggen > algemene terminologie)

Pensioentoezegging
De verklaring van een werkgever dat een werknemer na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd periodiek een bepaald bedrag zal ontvangen. ( > economie)

Perceptron
Machine (computer + software) die het menselijk denken nabootst ( > beleggen > analyse > technisch > Kunstmatige intelligentie)

Performance
Engelse term voor gemaakte winst ( > beleggen > algemene terminologie)

Perpetuele obligatie
Een obligatie waarop niet wordt afgelost. Een eeuwigdurende obligatie dus. ( > Beleggen > effecten > obligaties)

Persoonlijk recht
Recht dat men slechts tegenover 1 persoon kan uitoefenen ( > economie)

Persoonlijke verplichting
Schuld die slechts aan 1 persoon voldaan kan worden ( > economie)

persoonlijke zekerheid
Onder een persoonlijke zekerheid verstaan we dat een derde persoon een zekerheid biedt door zich met zijn gehele vermogen of met een gedeelte van zijn vermogen aansprakelijk te stellen, zodat hij aangesproken kan worden als de schuldenaar zijn verplichtingen niet nakomt. ( > beleggen > algemene terminologie)

Pestimistic Return Ratio
Zie PRR ( > trading > moneymanagement)

Phasor grafiek
Een phasor grafiek is bedoeld om te zien of er sprake is van een trending of een non trending markt. Onderliggend is een xy-grafiek, die in vieren is gedeeld: ( > beleggen > analyse > technisch > indicatoren)

Philadelphia Stock Exchange
De aandelenbeurs van Philadelphia in de Verenigde Staten ( > diversen > beurzen)

Pin risk
Het risico dat een schrijver loopt als de koers ongeveer gelijk is aan de uitoefenprijs van de optie. Moet hij nu sluiten of net niet? ( > beleggen > algemene terminologie)

Pit
Afdeling op een Engelstalige optiebeurs waar met name opties en futures verhandeld worden ( > beleggen > algemene terminologie)

Pivot point techniek
Techniek die door daytraders veel wordt gebruikt. Gaat uit van het zogenaamde pivotpoint, waarbij het gemiddelde van hoogste, laagste en slotkoers wordt genomen. ( > beleggen > analyse > technisch > indicatoren)

pivotal juncture exit
De pivotal juncture exit is een exitstrategie uit de moneymanagement technieken. Het is een exit strategie waarbij de transactie wordt gesloten als een bepaald niveau van de koers of bijvoorbeeld een voortschrijdend gemiddelde, een weerstandslijn, een retracement of iets dergelijks wordt gehaald. ( > trading > moneymanagement)

Plaatsingsdepot
Voorraad niet-uitgegeven stukken en weer ingekochte stukken ( > beleggen > algemene terminologie)

Plaatsingsrisico
Risico van banken dat bij een emissie niet alle stukken geplaatst zullen worden ( > beleggen > algemene terminologie)

Plastic aandeel
Aandeel dat kunstmatig is samengesteld door het gelijktijdig kopen van een CALL-optie en het schrijven van een PUT-optie met dezelfde uitoefendatum en uitoefenprijs ( > beleggen > effecten > opties > strategie)

Plastic bond
Obligaties van creditcard maatschappijen als VISA en AMEX ( > Beleggen > effecten > obligaties)

Plus-minus order
Zie bij circa order ( > beleggen > handelsterminologie)

PMI index
De PMI index is de Purchasing Managers Index. Deze index is gebaseerd op het vertrouwen onder directeuren, verantwoordelijk voor de inkoop. ( > diversen > beurzen)

Pocm
Term van de optiebeurs: Public Order Correspondent Member. ( > beleggen > effecten > opties > standaard)

Point and figure grafiek
Techniek uit de technische analyse om koerspatronen grafisch weer te geven. Wordt opgebouwd uit 0-en en X-en. Ziet er in eerste instantie wat bizar uit, maar behoort toch tot de meer betrouwbare technieken. ( > beleggen > analyse > technisch > indicatoren)

Polarity change
Andere benaming voor het verschijnsel dat bij het trekken van steun- en weerstandslijnen, na het doorbreken ervan de steunlijn een weerstandslijn wordt en omgekeerd. ( > beleggen > analyse > technisch > koerspatronen)

Pom
Term van de optiebeurs: Public Order Member. Lid van de optiebeurs die op de vloer orders voor klanten uit laat voeren. In het algemeen een bank of commissionair ( > beleggen > effecten > opties > standaard)

Pool
1.Verzameling schuldbekentenissen in de vorm van een obligatie 2.Gezamenlijke rekening van groep personen ( > beleggen > effecten > beleggingsfondsen)

Portefeuille
Collectie effecten als aandelen, obligaties etc die in het algemeen op een rekening zijn ondergebracht. ( > beleggen > algemene terminologie)

Portefeuille strategie
Keuze bij het opbouwen van een effectenportefeuille die gemaakt wordt uit de verschillende beleggingsmogelijkheden die zich voordoen. In de loop der jaren zijn daarvoor diverse modellen ontwikkeld ( > beleggen > algemene terminologie)

Portfolio insurance
Techniek waarbij door het innemen van posities in futures en opties een vorm van verzekering van de effecten portefeuille wordt gerealiseerd ( > beleggen > algemene terminologie)

Positie limiet
Limiet van de optiebeurs hoeveel contracten een belegger of groep beleggers mag aanhouden. ( > beleggen > effecten > opties > standaard)

Posities afbouwen
Een hoekman zorgt ervoor dat hij de stukken die hij nog voor eigen rekening in bezit heeft afbouwt aan het einde van een handelsdag, om te voorkomen dat hij met een te risicovolle positie blijft zitten. ()

Position trading
Het innemen van een positie voor een wat langere termijn. De meeste position traders houden een positie minimaal 10 dagen vast ( > trading > moneymanagement)

Preferent aandeel
Aandeel waaraan bepaalde voorrechten zijn verbonden, met name waar het gaat om stemrecht , dividend en-of winstdeling. ( > Beleggen > effecten > aandelen)

preferent dividend
Preferent dividend is een vorm van dividend dat eerst wordt uitbetaald, voordat de winst als dividend over de andere aandeelhouders wordt uitbetaald ( > Beleggen > effecten > aandelen)

Preferent winstdelend aandeel
Preferent aandeel dat recht geeft op een deel van de overwinst. De verhouding waarin dit geregeld kan worden ten opzichte van de andere aandeelhouders is in de statuten vastgelegd. ( > Beleggen > effecten > aandelen)

Pregnant woman
Patroon uit de Japanse candlestick analyse. Zie Harami ( > beleggen > analyse > technisch > candlesticks)

Premie (optie)
Koers waartegen een optie genoteerd staat ( > beleggen > effecten > opties > standaard)

Premie affaire
Voorloper van de optie, en nog bij fondsen waarop geen aandelen genoteerd staan. Voor het recht op te kopen (vergelijk gekochte CALL) wordt een zogenaamde haussepremie betaald, en voor het recht om te verkopen een zogenaamde baissepremie. (vergelijk gekochte PUT) ( > beleggen > effecten > opties > standaard)

Premie gever
Vergelijkbaar met de koper van een optie. Hij betaalt (geeft) de premie en verwerft daarvoor rechten. ( > beleggen > effecten > opties > standaard)

Premie jager
Persoon die inschrijft op een emissie in de hoop dat hij deze bij de eerste notering direct weer kan verkopen. ( > beleggen > effecten > opties > standaard)

Premie makelaar
Wederpartij bij het afsluiten van een premiecontract ( > beleggen > effecten > opties > standaard)

Premie obligatie
Obligatie met een lage couponrente, waarbij periodiek een fors bedrag als premie wordt uitbetaald op lotingsbasis. Te vergelijken met een soort staatslot. Worden meestal uitgegeven voor een goed doel. ( > Beleggen > effecten > obligaties)

Premietrekker
Verkoper van rechten bij een premieaffaire. Te vergelijken met de schrijver van opties. Hij loopt het risico stukken af te moeten nemen dan wel te moeten leveren. ( > beleggen > algemene terminologie)

Premium (beleggingsfonds)
Onder de premium ten opzichte van de intrinsieke waarde verstaan we bij een beleggingsfonds het percentage dat beleggers bereid zijn meer te betalen voor dat beleggingsfonds dan dat het eigenlijk waard is. ( > beleggen > effecten > beleggingsfondsen)

Price-to-Book
De Price-to-Book, meestal afgekort tot P-B is een financieel kengetal dat wordt berekend door de koers (price) van een aandeel te delen door de boekwaarde van een onderneming per aandeel. ( > Beleggen > effecten > obligaties)

Price-to-Cash Flow
De Price-to-Cash Flow (afgekort als P-CF) is een financieel kengetal dat wordt berekend door de koers van een aandeel te delen door de cash flow per aandeel. Een P-CF van 8 geeft aan dat tegenover iedere euro die een onderneming binnenkomt, de aandelenkoers achtmaal zo hoog is. ( > Beleggen > effecten > obligaties)

Price/earnings ratio
Engelse term voor Koers-winst verhouding ( > beleggen > analyse > fundamenteel)

Pricespread
Optiespread waarbij uitsluitend de uitoefenprijzen verschillend zijn. Zie ook moneyspread Voorbeeld ( > beleggen > effecten > opties > strategie)

Prijsindex
Een prijsindex is een index waarin de prijzen van een bepaald goederenpakket worden bijgehouden, en die daarmee een goede graadmeter voor de inflatie vormt. ( > economie)

Prijsratio
Een koers op zich zegt weinig of niets als we geen gevoel hebben of dit voor het betreffende fonds nu hoog of juist laag is. De hoogste en de laagste koers in een bepaalde periode, en de verhouding in de vorm van de prijsratio, geven veel meer gevoel. Met name als we over verschillende perioden kijken. ( > economie)

Primair dividend
Uitkering aan de gewone aandeelhouders ( > Beleggen > effecten > aandelen)

primair inkomen
Onder het primair inkomen verstaan we in de economie het bruto inkomen dat wordt verkregen voor het ter beschikking stellen van productiefactoren. Denk aan loon voor het beschikbaar stellen van arbeid, rente en dividend voor het ter beschikking stellen van kapitaal etc. ( > economie)

Primaire bank
Een primaire bank is een bank die aan kredietverlening kan doen waardoor geldschepping optreedt. Dit krediet behoeft een primaire bank, in tegenstelling tot een secundaire bank, niet zelf te lenen. ( > economie)

primaire sector
Onder de primaire sector verstaan we in de economie die sector van de mijnbouw, landbouw, veeteelt, visserij en bosbouw. ( > economie)

primaire vermogensmarkt
Ondere de Primaire vermogensmarkt verstaan we de vermogensmarkt waarop rechtstreekse overdracht van vreemd of eigen vermogen aan ondernemingen, overheidslichamen of instellingen plaatsvindt. Een goed voorbeeld hiervan is de emissiemarkt. ( > beleggen > algemene terminologie)

Prioriteitsaandeel
Aandeel op naam waaraan het recht verbonden is om leden van de raad van commissarissen te benoemen ( > Beleggen > effecten > aandelen)

Private placement
Onderhandse plaatsing van aandelen waarbij geen emissieprospectus verplicht is ( > beleggen > algemene terminologie)

Procentuele afwijking indicator
Dat een goed werkende indicator soms een eenvoudig kan zijn is te zien in onderstaande grafiek. Hierbij is in het bovenste deel de AEX weergegeven en in het onderste deel de procentuele afwijking van een 18 daags voorschrijdend gemiddelde. ( > beleggen > analyse > technisch > indicatoren)

productie proces
Onder het productieproces verstaan we de manier waarop de productiefactoren op een bepaalde plaats en op een bepaald moment worden ingeschakeld. Het doorloopt in het algemeen een aantal stappen. ( > economie)

Productiefunctie/knelpuntfactor
De zogenaamde productiefunctie geeft het verband tussen de hoogte van de productie en de daarbij ingezette productiefactoren. ( > economie)

productschap
Een productschap is een organisatie van alle ondernemingen die bij de totstandkoming van een bepaald product zijn betrokken. ( > economie)

Professie
Verzamelnaam voor de bedrijven die gezamenlijk de effectenhandel mogelijk maken. ( > beleggen > handelsterminologie)

profijtbeginsel
Onder het profijtbeginsel verstaan we het feit dat de gebruiker van een bepaalde overheidsdienst daarvoor zelf een directe bijdrage betaalt. ( > economie)

Profit factor
Komt uit moneymanagement technieken. Verhouding tussen het produkt van de gemiddelde winst en het winstpercentage, gedeeld door het produkt van het gemiddelde verlies en het verliespercentage ( > trading > moneymanagement)

profit target exit
De profit target exit is een exitstrategie uit de moneymanagement technieken. Het is een van de meer eenvoudinge technieken, en is eigenlijk het opgeven van een limietorder. Hierbij worden eventuele winsten en verliezen automatisch genomen als de markt een bepaald niveau bereikt. ( > trading > moneymanagement)

progressief belastingstelsel
we spreken van van een progressief belastingstelsel bij belastingsysteem waarbij de totaal verschuldigde belasting toeneemt als percentage van het inkomen naarmate het inkomen hoger is ( > economie)

Prolongatiekrediet
Speciale vorm van een geldlening op onderpand van effecten. Is volgens de beschikking beursverkeer van 1947 verboden. ( > beleggen > algemene terminologie)

proportioneel belastingstelsel
we spreken van van een proportioneel belastingstelsel bij een belastingsysteem waarbij de totaal verschuldigde belasting gelijk blijft als percentage van het inkomen naarmate het inkomen hoger is: de gemiddelde belastingdruk blijft gelijk. ( > economie)

Prospectus
Ook wel emissieprospectus. Drukwerk waarin alle voorwaarden en dergelijke bij een emissie van effecten zijn aangegeven. ( > beleggen > algemene terminologie)

protective put
We spreken van een protective put (als tegengestelde van een fiduciary call ) als we bij een aandeel een at-the-money putoptie kopen. ( > beleggen > effecten > opties > strategie)

Protector
De protector is een persoon, aangesteld door de grantor van een trust die bepaalde rechten heeft ten opzichte van de trust. Zo kan de protector kiezen voor een andere trustee. ( > beleggen > algemene terminologie)

Provisiejagen
Een tactiek die door sommige banken en vermogensbeheerders wordt toegepast. Er worden zeer veel kleine transacties uitgevoerd, die echter veel provisie opleveren. Of de klant ook iets verdient is minder van belang. ( > beleggen > algemene terminologie)

Provisieregelement
Reglement dat de te berekenen minimumprovisie voor alle handelingen ten aanzien van effecten beschrijft. ( > beleggen > algemene terminologie)

Proxy
De machtiging om namens een aandeelhouder stemrecht uit te oefenen ( > beleggen > algemene terminologie)

PRR
Komt uit moneymanagement technieken. Afkorting van Pessimistic Return Ratio. Afleiding van de profit factor, waarbij het aantal trades in de formule wordt meegenomen. ( > trading > moneymanagement)

Public Order book
Het boek waarin openstaande optieorders worden genoteerd. In principe worden deze orders uitgevoerd voordat deze bij de marketmaker terechtkomen. ( > beleggen > effecten > opties > standaard)

Publieksorders
Optieorders die via een POM wordt doorgegeven aan de floorbrokers ( > beleggen > effecten > opties > standaard)

pullback
We spreken van een pullback als de koers eerst door een steunlijn breekt, bijvoorbeeld bij een uitbraak uit een trading range of bij een driehoekformatie. (zie afbeelding), en dan al snel weer terugvalt naar de steunlijn die eerder doorbroken werd. ( > beleggen > analyse > technisch > koerspatronen)